(bas'ku:l) v. (baskules) [Fr.]
I. Eig.
1. weegtoestel voor zware lasten, waarvan de ene arm doorgaans tienmaal zo lang is als de andere, en waarbij men dus het aangegeven gewicht tienmaal te nemen heeft. Syn. brugbalans.
2. Uitbr. weegschaal zonder armen, voor het wegen van kruidenierswaren enz. gebruikt.
II. Metf. [van I 1]
1. wip van een brug.
2. zwengel van een waterput.