ook wel Eliëzer de Grote genoemd, een tannaïtische geleerde van het eind van de eerste en het begin van de tweede eeuw n. C.
Hij stond bekend als een conservatieve rabbijn die de positie van Bet Sjammai (Hillel) verdedigde waarbij hij met name het standpunt afwees dat intentie een rol mag spelen bij het bepalen of iemand wel of niet zijn religieuze plichten vervult. Zijn hillelitische tegenspeler was rabbi Josjoea ben Chananja.