Ouddorp

betekenis & definitie

Heer Adriaans-OUDDORP, of meestal enkel Ouddorp genaamd, legt in den Polder, Oude Land van Diependortt geheeten, in 't Land van Voorn, onder Zuidholland, ongeveer een half uur gaans van Goedereede. Het Dorp, hoewel niet groot, als bevattende slegts ruim zestig Huizen, heeft eenig aanzien, omdat men 'er verscheiden zindelijke wooningen ontmoet; de meeste van deeze staan rondom het Kerkhof, 't welk, door middel van een steenen muur, van den weg wordt afgescheiden. Hieromstreeks staan Lindeboomen van ongemeene hoogte, welke, volgens Overlevering, reeds tweehonderd jaaren in dien stand zouden geweest zijn. De Kerk, een fraai Gebouw, is zints het Jaar 1734 bijkans geheel vernieuwd. Op een Grafzerk vindt men uitgehouwen den naam van JAN MAGHIELSE DUFFEL, met een Vischnet en Kaakmes, omdat hij den eersten Haring zou gevangen hebben. De Doopsgezinden hebben 'er insgelijks eene Vergaderplaats; doch eenen Leeraar gemeen met die van Goedereede. Wijders heeft men 'er ook een Gasthuis. Niet verre van Ouddorp legt een Bergje, of Heuvel, Spreeuwenstein, of gemeenlijk de Blaauwe Steen genaamd. Volgens Overlevering zou, bij ouds, deeze hoogte tot een toevlugt voor het Vee gediend hebben, bij hooge watervloeden. Wijders levert deeze Heuvel zekeren rooden steen uit, van welken de Gevels van zommige Huizen te Ouddorp zijn opgemetzeld.