HEUS, JAKOB DE, EEN VERmaard Nederlandsch Kunstschilder, wierdt gebooren te Utrecht, in den Jaare 1657. Naa geruimen tijd het onderwijs te hebben genooten van zijnen Oom WILLEM, VAN WELken wij in ’t vervolg zullen spreken, dreef hem de leerlust na Italië, om aldaar de meesterstukken der aloudheid het fraaie en edele af te zien.
Verscheiden jaaren vertoefde hij zo te Rome als in andere Steden van dat kunstrijk gewest. Het voorbeeld van SALVATOR KOSA DEEDT Hem van trant veranderen, vooral in ’t schilderen van beeldtjes. Daarenboven hadt hij eene edele hand in ’t schilderen in ’t klein van Paerden, Koeijen en ander Vee. Naa zijne wederkomst van zijne uitlandsche reize, schijnt hij zich te Amsterdam te hebben neergezet. Althans stierf hij in die Stad, op den 7 Maij des Jaars 1701.