Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 24-11-2022

HAMBROEK, ANTHONIUS

betekenis & definitie

ANTHOnius Hambroek bekleedde het Leeraarampt onder de Hervormden, in dienst der Oostindische Maatschappije, op het Eiland Formosa, ten tijde als hetzelve, door den Chineeschen Zeeroover COXINGA, ONVERHoeds overvallen en gedeeltelijk bemagtigd wierdt. Zo onverhoeds geschiedde deeze aanval, dat HAMBROEK, MET ZIJne Vrouw, Zoon en Dogter, nevens nog verscheiden Christenen van goeden huize, geene gelegenheid vindende om zich binnen de Sterkte Zeelandia te bergen, in ’s overweldigers handen viel.

Intusschen deeden de onzen, uit die Sterkte, eenen uitval op de Chineezen, doch met zo ongelukkig gevolg, dat ze, in allerijl, derwaarts wederkeerden, met een aanmerkelijk verlies van volk. De Chinees COXINGA VOOR Als nog, ter veroveringe van de Vesting, geen volk willende waagen, wierdt thans te raade, den Predikant HAMBROEK DERWAARts te zenden, om dezelve op te eischen. Zijn last ging verzeld van de schrikwekkendste bedreigingen. Indien de Leeraar te rug kwam met de boodschap, dat de Bevelhebber voorneemens was zich te verdeedigen, zou zulks den Bode het leeven kosten; of, keerde hij niet weder in het Chineesche Leger, binnen zekeren bepaalden tijd, zouden de Echtgenoote en Kinderen het wegblijven met een wreeden dood boeten. In hachelijker toestand kan bezwaarlijk iemand zich bevinden, dan waar in de opeisching van de Vesting den Slotvoogd bragt. Deeze was FREDRIK CAJET, VAN DEN eenen kant HAMBROEKS BOEZEMVriend, en dus tot deszelfs behoudenisse gezind; van den anderen kant, door eenen Eed verbonden aan ’t belang der Oostindische Maatschappije, en voorzien van alle ’t noodige, om het, tegen den Chineeschen geweldenaar, nog lang te kunnen uithouden.

Bij ’t pleiten van zijn eigen hart, ten behoeve van HAMBROEKS LEEVEN, kwam dat van twee van ’s Leeraars kinderen, die zich op dit pas binnen de Vesting bevonden. Bijkans hadde dit vereenigd pleitgeding, om den wille der vriendschap, zijnen Eed en trouwe doen schipbreuk lijden, indien niet de grootmoedige en godvrugtige HAMBROEK, ALS EEN ander REGULUS, DEN TWist in zijn gemoed beslist hadde. In stede van ’t oor te leenen aan de voorslagen van CAJET TOT OVErgaave, of zich te laaten beweegen door de traanen en smeekingen zijner Kinderen, raadde hij den Bevelhebber en de Bezetting aan, het bieden van een kloekmoedigen wederstand des vijands en verdeediging der Sterkte. Naa een onbeschrijflijk teder afscheid van zijne kinderen en vrienden genomen te hebben, keerde hij te rug na het vijandlijke Leger, alwaar hem, in tegenwoordigheid zijner Echtgenoote en Kinderen, tot loon zijner braafheid en zucht voor ’t algemeene welzijn, het hoofd voor de voeten wierdt geleid.

< >