bijgenaamd de Fluweele, was een zoon van PIETER BREUGEL. HOUBRAKEN meent dat JAN de grondbeginzelen zijner kunste bij zijnen vader geleerd heeft, doch dat hij naderhand tot eene gannsch andere wijze van schilderen overgegaan is; hij leide zig voornaamlijk toe op het schilderen van bloemen, en naderhand op dat van Eerlijke land- en water-gezichten, vergeetende, echter, de bloemen, fruiten, veld- en tuingewassen niet.
Tot hoe verre hij de kunst gebragt hebbe, kan men daaruit opmaaken, dat, volgens het verhaal van HOUBRAKEN, één zijner Stukken, te Amsteldam, in het jaar 1713, op ’t Heeren Logement verkocht werd voor 2825 guldens.Zie Schouwburg, I. Deel, p. 85 en 815.