anders Bonser Jansz, werd, volgens WALVIS, in of omtrent het jaar 1533, uit een onbekend geslacht te Gouda geboren. Hij volbragt zijne studiën te Leuven. De gemelde WALVIS, in zijne Beschrijvinge van Gouda, meent dat deze BONSER een Kopiist van den vermaarden VIGLIUS was.
Dit weet men zeker, dat hij Deken en Pastoor te Middelburg geweest is, en, na de overgaave dier Stad aan Prinse WILLEM DEN EERSTEN, naar Yperen in Vlaanderen vertrok, van waar hij (1583), te Gouda te rug keerde; van daar begaf hij andermaal zig naar Yperen, daar hij tot zijnen dood, in 1590, het Priesterampt waarnam. Kort voor zijnen dood had hij een Beurs voor behoeftige Godgeleerden gesticht.