een Gerechtsbank, onder ’t Schoutsampt van Zutphen. Toen, in het Jaar 1574, op gantsch Gelderland en Zutphen, een belasting geleid werd van 75000 Guldens, werd het kwartier van Zutphen (een der vier kwartieren van ’t Vorstendom,) op 14476 Guldens geschat. Tot deeze somme moest het Schoutsampt van Zutphen, eene der zeven verdeelingen van het gemelde Kwartier, opbrengen 1773 Guldens, 12 stuivers en 2½ penningen; waar in Almen en Gorzelen te zamen werden belast met 664 Gl. 19 st. en.2 penn.
Dus verre HALMA. Wij voegen hier bij, dat Almen geleegen is aan den Berkel, een groot half uur boven Zutphen; het is een zeer klein Dorp, alwaar een Gereformeerde Kerk en Predikant is. In deszelfs omtrek vindt men een Adelijk Huis, Eeze genaamd, van welke beide twee fraai je gezichten, naar DE BEIJER, door SPILMAN , in ’t Koper gebracht zijn.Zie RAIJ, Woordenboek der Aardr. VAN DER HOUVE, Handv. Kronijk; Staat der Nederl., III. Deel, bl. 290.