Krachteloos heeft de beteekenis van geheel zonder kracht of van alle kracht beroofd; zwak die van niet sterk, onge-schikt om veel tegenstand te bieden. Zwak ijs, eene zwakke vesting, eene zwakke gezondheid.
Krachteloos, als het sterkere, kan dus in sommige ge¬vallen of in het geheel niet, óf niet zonder wijziging van het begrip door zwak vervangen worden, b.v. in eene wet krachteloos maken, een krachte¬loos bewijs.