Gepubliceerd op 28-04-2019

Deftig — afgemeten — plechtig — statig — stemmig

betekenis & definitie

Deze woorden geven te kennen dat de handelingen of het uiterlijk van iemand nauwkeurig zijn afgepast en berekend of in overeenstemming met ernstige omstandigheden zijn. Afgemeten, gedwongen door zijn kortheid, wordt bij voorkeur van handelingen gebruikt, die den indruk geven van berekening en die dus stijf zijn.

Statig noemt men de handelingen van hem, die het ernstige gelaat en de afgemeten gebaren van iemand van hoogen staat aanneemt (een statige tred), in gunstigen zin beteekent het ontzag inboezemend; deftig duidt minder voornaamheid en afgemetenheid aan, dan wel wat passend is voor de omstandigheden en overeenkomt met den ernst van den persoon; dikwijls echter komt het met statig overeen, maar heeft minder dan statig het uiterlijk vertoon op het oog. Een deftig burger is een burger uit die kringen, waar men eene zekere statigheid en waardigheid aan gegoedheid paart. Plechtig is oorspronkelijk datgene wat plicht is te doen, wat door den ernst van het oogenblik of van de omgeving geëischt wordt. Toen de koning de vergadering binnentrad, heerschte er onder het volk een plechtige stilte. Stemmig vormt den overgang tot ingetogen, voor zooverre ingetogenheid zich in de handelingen en bewegingen uitdrukt, het wordt verder gebruikt voor zedig gestemd, eenigszins beschroomd en ingetogen. Een stemmig kleurtje is eene zoodanige kleur, die geen opzien baart. Een afgemeten tred. Zijn antwoorden zijn altijd afgemeten. Een deftig publiek. Een statig gebouw. Baas Gansendonck liep met statigen tred door het dorp.