- Als men de kat streelt, (zo) steekt ze de staart op (spreekwoord)
- Als men de noot heeft, moet men ze kraken (spreekwoord)
- Als men de vos niet vangen wil, kan men geen honden Vinden (spreekwoord)
- Als men de vos niet vangen wil, kan men geen honden vinden (spreekwoord)
- Als men de wolf tot schaapherder maakt, is de kudde in groot gevaar (spreekwoord)
- Als men dorst heeft, moet men drinken (spreekwoord)
- Als men een bedelaar te paard helpt, wordt hij een trotse jonker (spreekwoord)
- Als men een ekster uitstuurt, krijgt men een bonte vogel terug (spreekwoord)
- Als men een hond wil slaan, kan men licht een stok vinden (spreekwoord)
- Als men een kind uitstuurt om een boodschap, krijgt men een kind weerom (spreekwoord)
- Als men een klip boven water ziet, zo kan men ze mijden in ‘t zeilen (spreekwoord)
- Als men gevallen is beziet men te laat het pleksken (spreekwoord)
- Als men hem een pink geeft, dan neemt hij de hele hand (spreekwoord)
- Als men hem een vinger geeft, grijpt hij de hele hand (spreekwoord)
- Als men hem één vinger geeft, neemt hij de hele hand (spreekwoord)
- Als men het huis gebouwd heeft, breekt men de stelling af (spreekwoord)
- Als men maar éne klok hoort luiden, weet men niet of het voor ene dienst of voor ene dode is (spreekwoord)
- Als men over de duivel spreekt, trapt men hem op de staart (spreekwoord)
- Als men schapen en een koe heeft, dan zegt ons iedereen goedendag (spreekwoord)
- Als men schapen en koeien heeft, wordt men door iedereen gedag gezegd (spreekwoord)
- Als men van de duivel spreekt, dan rammelt zijn gebeente (spreekwoord)
- Als men van de duivel spreekt, ziet men zijn staart (of: rammelt zijn gebeente) (spreekwoord)
- Als men van de zon spreekt, ziet men hare stralen (spreekwoord)
- Als men weet wat vlees men in de kuip heeft, kan men er pekel naar maken (spreekwoord)
- Als men zijn zwijntje slacht, wordt men kozijn genoemd (spreekwoord)
- Als men zwemmen kan, werpt men de biezen weg (spreekwoord)
- Als men één mier doodslaat, komen er tien op de begrafenis (spreekwoord)
- Als men ‘gus’ zegt, bedoelt men alle hoenders (spreekwoord)
- Als mijn bloed karnemelk wordt, dan . . (spreekwoord)
- Als mijn kat een koe was, kocht ik geen melk meer (spreekwoord)
- Als mijn kat en koe was, kocht ik geen melk meer (spreekwoord)
- Als mijn tante wieltjes had, dan was het een kinderwagen (spreekwoord)
- Als motten om de kaarsvlam vliegen (spreekwoord)
- Als muziek in de oren klinken (spreekwoord)
- Als niet komt tot iet, dan kent iet zichzelve niet (spreekwoord)
- Als niet komt tot iet, kent iet zich zelve niet (spreekwoord)
- Als niet komt tot iet, kent iet zich zelve niet (of: dan is 't allemans verdriet) (spreekwoord)
- Als niet komt tot iet, kent iet zichzelve niet (spreekwoord)
- Als nummer één uit de bus komen (spreekwoord)
- Als om strijd (spreekwoord)
- Als op (arends)vleugelen (spreekwoord)
- Als op adelaarswieken (spreekwoord)
- Als op vleugelen (spreekwoord)
- Als oude honden blaffen, is het tijd om uit te zien (spreekwoord)
- Als ouden niet waken en jongen niet slapen, dan deugt het niet (spreekwoord)
- Als paddestoelen uit de grond rijzen (spreekwoord)
- Als pastoor en koster kijven, kunnen de geheimen in de kerk niet blijven (spreekwoord)
- Als peen zitten (spreekwoord)
- Als pietje bij paaltje komt (spreekwoord)
- Als pitje bij paaltje komt (spreekwoord)
- Als puntje bij paaltje komt (spreekwoord)
- Als ratten in de val zitten (spreekwoord)
- Als ratten verdrinken (spreekwoord)
- Als slakken kruipen ze erin en als hazen vliegen ze eruit (spreekwoord)
- Als slimmeken dood is, komt hij in zijn plaats (spreekwoord)
- Als sneeuw voor de zon verdwijnen (spreekwoord)
- Als twee hetzelfde doen, is het niet hetzelfde (spreekwoord)
- Als twee hetzelfde doen, is het nog niet hetzelfde (spreekwoord)
- Als twee honden vechten om een been, loopt de derde er al snel mee heen (spreekwoord)
- Als twee honden vechten om een been, loopt de derde er mee heen (spreekwoord)
- Als twee honden vechten om een been, loopt een derde er mee heen (spreekwoord)
- Als twee honden vechten om een been, loopt een derde er ras mee heen (spreekwoord)
- Als uit één mond (spreekwoord)
- Als uw buurmans huis brandt, is het tijd dat gij uitziet (spreekwoord)
- Als uw buurmans huisje brandt, ligt uw schade voor de hand (spreekwoord)
- Als van ouds (spreekwoord)
- Als vrouwen van elkander gaan - dan blijven ze nog een beetje staan (spreekwoord)
- Als warme broodjes over de toonbank gaan (of: vliegen) (spreekwoord)
- Als was in iemands handen zijn (spreekwoord)
- Als water en vuur zijn (spreekwoord)
- Als wensen paarden waren, behoefden bedelaars niet te lopen (spreekwoord)
- Als witte donderdag zwarte donderdag zal heten (spreekwoord)
- Als zekere dames glimlachen, huilen de beurzen der heertjes (spreekwoord)
- Als één kieken drinkt, hebben ze allen dorst (spreekwoord)
- Als één koe biest, dan steken ook d’andere de staart op (spreekwoord)
- Als één koe een scheet laat, dan steken de anderen de staart omhoog (spreekwoord)
- Als één lid lijdt, lijden alle leden (spreekwoord)
- Als één man (spreekwoord)
- Als één schaap over de dam is, volgen er meer (spreekwoord)
- Als ’t Kindeken is geboren, heeft het raapken zijn smaak verloren (spreekwoord)
- Als ’t Palmzondag is, zal ’t haast Pasen zijn (spreekwoord)
- Als ’t bier op is, komt het zinksel in ’t glas (spreekwoord)
- Als ’t ene paard steekt en ’t ander trekt, dan blijft de wagen staan (spreekwoord)
- Als ’t geld regent en bomen waait (spreekwoord)
- Als ’t hammetje gekloven is, is ’t sparen gedaan (spreekwoord)
- Als ’t hooi het paard volgt, dan wil het gegeten zijn (spreekwoord)
- Als ’t hooi vanzelf naar de wagen gaat, dan zijn de vorken goedkoop (spreekwoord)
- Als ’t huis gebouwd is, breekt men de stelling af (spreekwoord)
- Als ’t huwelijk gaat om ’t gelletje - dan wordt het vaak een helletje (spreekwoord)
- Als ’t huwelijk is om ’t gelletje, dan wordt het vaak een helletje (spreekwoord)
- Als ’t kind maar een naam heeft (spreekwoord)
- Als ’t op is, is ’t malen gedaan (spreekwoord)
- Als ’t schip lek is, springen de ratten over boord (spreekwoord)
- Als ’t wil kan een stier kalveren (spreekwoord)
- Alsmaar op één been knagen (spreekwoord)
- Also er zweimal sturmet an (spreekwoord)
- Alsof hij op een adder getrapt had (spreekwoord)
- Alsof hij op een adder had getrapt (spreekwoord)
- Alt. (afkorting)
- Alta (afkorting)