Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

monkellach

betekenis & definitie

Glimlach.

De beloning voor mijn arbeid is uw monkellach en uw stevige Zichemse handdruk, BONI 1948, 280.

Hoeveel jaren hebben we reeds met een monkellach de spreuken van de Bond Zonder Naam gelezen, en er iets bij opgestoken! Vrouw en Wereld febr. 1976, p. zo.

Afl.: monkellachen, glimlachen, meesmuilen (Laten we even monkellachen met dit ondeugend boek rond de vrouwenemancipatie, Vrouw en Wereld juli/aug. 1974, p. 53).

< >