Overeenkomst, waarbij de patroon er zich toe verbindt in zijn bedrijf aan een leerling een vak aan te leren, al dan niet tegen betaling van leergeld; leerovereenkomst. Vgl. fr. contract d’ apprentissage.
- Ook: periode, tijd, gedurende welke iemand in een bedrijf opleiding ontvangt om een beroep aan te leren; leertijd.
- Minder gewoon ook: leerlingcontract (Sociaalrechtelijk Wdb. 1958, 122).
Jongen met leerkontrakt voor keuken, max. 14-15 j., Gent 12/8/1976, p. 15.
Daar heb ik tijdens de jaren leerkontrakt de smaak voor het drukken te pakken gekregen. Na het leerkontrakt heb ik drukken en offset montage verder onder de knie gekregen in enkele andere bedrijven, Koerier (ed. Hasselt) 18/8/1976, p. 8.
Het Egmontplan zegt: het leercontract zoals het bestaat in ambachten en neringen moet bevorderd worden. Er moet daarenboven nog een vorm van leercontract in de industrie komen, Volksmacht 4/3/1977, p. 12.
Beroepsleergangen van het lager en hoger secundair niveau (1 dag per week voor leerlingen met of zonder leercontract), Uit een reclamefolder Gent 1977.
Het leerkontrakt is bedoeld als opleiding tot een zelfstandig beroep. Zoals daar zijn: bakker, beenhouwer, haarkapper, Recht mei 1978, p. 3.
