Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

commerçant (kommersant)

betekenis & definitie

Zakenman; handelaar.

We zagen het aankomen dat de goeie tijd voorbij was. Veel kommersanten dierven al geen zaken meer doen, CLAES 1960, 117.

Hoe flink die nonkel Louis dat toch allemaal kon uit de doeken doen. Een echte kommercant, PAUWELS 1971, 97.

Juist omdat hij niet commerçant was ging zijn commerce best van allemaal en dat is goed te verstaan: hij verkocht veruit het goedkoopst, WALSCHAP 1976, 131.

< >