Definities van Zeemans woordenboek in de Ensie K
- Kaag
- Kaagman
- Kaagschipper
- Kaai of kade
- Kaaiboef, kaailooper
- Kaaidraaien
- Kaaien
- Kaaigeld
- Kaailooper
- Kaaimeester
- Kaairing
- Kaak
- Kaal
- Kaan
- Kaap
- Kaapstander
- Kaapvaarder
- Kaapvaart
- Kaart
- Kaaskamer
- Kabas
- Kabbeljaauw
- Kabel
- Kabelaring
- Kabelen
- Kabelgaauw
- Kabelgaren
- Kabelgast
- Kabelgat
- Kabelketting
- Kabellarga
- Kabellengte
- Kabelslaan
- Kabelslag
- Kabeltouw
- Kade
- Kadet
- Kadraaier
- Kaïck
- Kajuit
- Kajuitsjongen
- Kajuitswachter
- Kaken
- Kalderstok
- Kalefaten
- Kalenboeg
- Kalf
- Kalfaatshamer
- Kalfaattang
- Kalfaatyzer
- Kalfateren
- Kalfatering
- Kaliber
- Kalken
- Kalmte
- Kam
- Kameel
- Kamerband
- Kamerstuk
- Kamhout
- Kammen
- Kampanje
- Kanaal
- Kanbeitel
- Kanetas of kanevas
- Kanon
- Kant
- Kant (over)
- Kant zetten
- Kanterstok
- Kanthaak
- Kantimaroen
- Kap
- Kapen
- Kaper
- Kapitein
- Kapitein ter zee
- Kapitein van het kot
- Kapitein-luitenant
- Kaplaken
- Kappen
- Kapseizen
- Karak
- Karakor
- Karavaanschip
- Karavel
- Karbeel
- Kardeel
- Kardeelbloks
- Kardoes
- Kardoeskist
- Kardoeskoker
- Kardoesstok
- Karga
- Kargadoor
- Kargalijst
- Kargazoen
- Karmoezaal
- Karreldoek
- Karronade
