Springtij. Zon en maan trekken het water aan en veroorzaken eb en vloed.
Wanneer de aantrekking van zon en maan in dezelfde richting werkt, dan ontstaan de hoogste vloeden en de laagste ebben. Dat gebeurt na Volle Maan en na Nieuwe Maan. Wanneer die krachten elkaar het sterkst tegenwerken, dan is het getijverschil het kleinst. De vloed komt minder op en de eb loopt minder af dan gewoon. Men spreekt dan van dood tij. Men neemt dood tij waar, een paar dagen na het Eerste en na het Laatste Kwartier.
Newton leerde, dat hemellichamen elkaar aantrekken met een kracht, die evenredig is met hun massa en omgekeerd evenredig met hun afstand. De getijden verwekkende kracht van de maan is 2,3 maal zoo groot als die van de zon, welke weliswaar veel grooter massa heeft dan de maan, maar verder van ons afstaat. De hoogste vloeden heeft men in Nederland bij N.W. storm, indien het tegelijk springtij is. De storm drijft dan het water in den trechtermond van het Kanaal. Tegelijk werken zon en maan in denzelfden zin en de vloed komt dan zóó hoog, dat Vlaardingen, Maassluis en Rotterdam hinder van het water krijgen. Bij zulke gelegenheden neemt men een merkwaardig verschijnsel waar en wel, dat een groote hoeveelheid zand van het strand naar zee wordt gespoeld. De oorzaak is, dat de wind een bovenstroom van ongewone kracht naar de kust ve wekt en de onderstroom (die van de kust af is gericht) ongewoon sterk is en dan veel zand meeneemt naar zee.
