Duits politicus en econoom (Mainz 22 Juli 1823 - Berlijn 14 Mrt 1899), nam als radicaal deel aan de republikeinse opstand in de Palts van Mei/Juni 1849, week nog in Juni naar Zwitserland uit, leefde vervolgens in Londen (waar hij o.a. met Marx, L. Blanc en Mazzini in aanraking kwam), België en Nederland, was van 1853-1866 directeur van een bank te Parijs en na 1871 nationaal-liberaal lid van de Duitse Rijksdag, waarin hij de gouden standaard en de vrijhandel verdedigde en de koloniale politiek fel bestreed.
Over de laatste kwestie scheidde hij zich in 1880 van de nationaal-liberale partij af en sloot zich aan bij de Duits-Vrijzinnigen.Bibi.: Erlebnisse aus der Pfälzischen Erhebung (1899); Monsieur de Bismarck (1868); Die fünf Milliarden (1873); Reichsgold (1876); Die Verschleppung der Deutschen Münzreform (1882); Erinnerungen (1899), ed. Nathan (tot 1871); Ausgewählte Reden und Aufsätze über Geld- und Bankwesen (1900), ed. K. Helferich; Gesammelte Schriften (5 dln, i894-’g8).
Lit.: Hartwig, L. B. (1901).