Duits schrijver (Türkheim in Zwaben 26 Aug. 1784 - München 27 Mei 1847), was de zoon van een armen smid, die op 17-jarige leeftijd als novice in het seminarium der Benedictijnen te Ottobeuren en na de secularisatie hiervan in het Oostenrijkse sticht Wiblingen kwam. Door twijfel gekweld, verliet hij het klooster en werd in 1804 huisonderwijzer bij een aanzienlijke familie.
In 1809 werd hij benoemd tot hoogleraar in de Duitse stijl en de aesthetica aan de kadettenschool te München; hij bekleedde deze betrekking tot 1834. Reeds vroeg trad hij als schrijver op. Hij heeft talrijke werken over opvoed-, taal- en letterkunde, vooral volksboeken, geschreven. Van deze zijn de Abenteuer von den Sieben Schwaben bekend gebleven, die hij met andere verhalen in zijn Volksbüchlein (1826) uitgaf.Lit.: Radlkofer, Die Sieben Schwaben und ihr Historiograph L. A. (Hamburg 1895); Kosch, L. Aurbachers Leben (1913).
