proefschrift ter verkrijging van een doctorale graad in een van de faculteiten ener universiteit door iemand die het doctoraal examen heeft afgelegd. De promotie, d.w.z. de verwerving van een doctorale graad, heeft volgens de Nederlandse Hogeronderwijswet in art. 130 steeds in een faculteit plaats.
Zo worden de doctoraten dus genoemd naar de faculteiten en niet naar de vakken op het gebied waarvan de proefschriften betrekking hebben. In Nederland dient volgens het Academisch statuut van 1921 een proefschrift goedgekeurd te worden door een promotor (zie doctor) evenals de zes verplichte stellingen, niet op het onderwerp van het proefschrift betrekking hebbende, welke aan het proefschrift moeten worden toegevoegd. Het proefschrift wordt in het Nederlands geschreven, tenzij de faculteit toestaat dat dit in een andere taal geschiedt. De promotie is, ter keuze van de doctorandus, privaat of publiek: de private geschiedt door en ten overstaan van een commissie uit de Senaat, de publieke door en ten overstaan van de Senaat. Zij is openbaar en duurt een uur. De private promotie geschiedt na verdediging van het proefschrift of de stellingen tegen de bedenkingen van de hoogleraren der faculteit als commissie uit de Senaat, de publieke promotie na verdediging tegen de bedenkingen van allen die tot het uitbrengen daarvan vergunning verkregen van de rector-magnificus.