Pecht (August Friedrich), een verdienstelijk genre- en historieschilder, geboren te Constanz den 2den October 1814, was eerst steenteekenaar, vervolgens portretschilder, en legde zich daarna onder de leiding van Delaroche te Parijs op de schilderkunst toe. Nadat hij geruimen tijd in Italië had gewoond, vestigde hij zich te München en leverde er niet alleen tafereelen uit het leven van Göthe en Schiller, maar ook platen voor hunne werken, alsmede voor die van Lessing en Shakspere. Daarna versierde hij eene zaal van het Maximilianeum te München met 12 portretten van veldheeren en staatsmannen, — voorts de zaal van het Concilie te Constanz met eene reeks van fresco’s, waarmede hij zich thans nog bezighoudt.
Hij schreef: „Südfrüchte. Skizzen eines Malers (1854, 2 dln)” en deed in 1877 het eerste deel in het licht verschijnen van „Deutsche Künstler den 19 Jahrhunderts”.