Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 10-08-2018

Nonius

betekenis & definitie

Nonius of vernier is de naam eener verdeeling, aan meetinstrumenten aangebragt, om kleine deelen te kunnen aflezen. De uitvinding van den nonius wordt toegeschreven aan den Portugees Pedro Nunez (♰ 1577) en ook wel aan een Zuid-Nederlander, Vernier (Werner) geheeten, die iets later leefde. De nonius berust op het volgend beginsel: Wanneer men een gedeelte van eene verdeelde schaal neemt, en men verdeelt dat gedeelte in één deel meer (alsdan nonius genoemd), dan is het verschil van schaal- en noniusverdeeling gelijk aan het aantal deelen , dat ieder randdeel bevat, gedeeld door het aantal deelen, waarin de nonius verdeeld is. Heeft men bijv. 9 deelen, elk van 10 minuten, van een verdeelden rand genomen en deze in 10 deelen verdeeld, dan is het verschil van rand- en noniusdeel ééne minuut.

Heeft men 19 deelen van dien rand genomen en in 20 deelen verdeeld, dan is het slechts eene halve minuut. Als men nu een hoek gemeten heeft, ziet men, welk deel van de noniusverdeeling met eene verdeeling van den rand overeenstemt, en dit getal, met het verschil tusschen de deelen van den rand en van den nonius vermenigvuldigd, geeft de grootte van den boog, die bij den afgelezen boog moet gevoegd worden. Op meetinstrumenten is intusschen gemakshalve de waarde der noniusverdeeling aangewezen. Het begin van deze noemt men het nulpunt. De nonius is zoowel op bogen, als op regtlijnige maatstaven aangebragt.

< >