Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Lindner

betekenis & definitie

Lindner. Onder dezen naam vermelden wij:

Friedrich Ludwig Lindner, een verdienstelijk schrijver op staatkundig gebied. Hij werd geboren te Micau in Koerland den 23sten October 1772, studeerde te Jena in de geneeskunde en woonde achtervolgens te Weenen en te Brünn, te Jena en te Weimar, terwijl hij zich nu eens met staatkunde, dan weder met letterkunde bezig hield. Hij schreef er met Bertuch in de: „Geographische Ephemeriden” en in de: „Länderund Völkerkunde”, en leverde daarenboven zijn: „Gemälde der europäischen Türkei (1813)”. Omstreeks dien tijd aanvaardde hij de betrekking van hoogleeraar in de aardrijkskunde en statistiek te Jena, maar zag zich als een voorstander van Napoleon I in 1814 aan zooveel vijandelijke aanvallen blootgesteld , dat hij tot het ambteloos leven terugkeerde. Toen een der geheime, bulletins, waarin Kotzebue zijne gevoelens over de Duitsche letterkunde aan het Russisch ministerie mededeelde, door Lindner aan een vriend medegedeeld en buiten zijne voorkennis in druk verschenen was, nam hij de wijk naar den Elzas. Later vestigde hij zich te Stuttgart, waar hij met Cotta het tijdschrift: „Die Tribune” stichtte. Hij werd medewerker aan de: „Politischen Annalen” en scheen in betrekking te staan tot een der Duitsche Hoven, terwijl hij in het algemeen de belangen van Zuid-Duitschland bevorderde.

Dat gevoelen won veld bij de verschijning van zijn: „Manuskript aus Süddeutschland (1820)”, alsmede door zijne reizen naar Frankrijk en Engeland. Eene waarschuwing, om zijne geheime papieren te verbranden, bragt hem tot de uitgave van zijne: „Geheime Papiere (1824)”. Intusschen verliet hij kort daarna Stuttgart en begaf zich, na een kortstondig verblijf in den Elzas, naar München, waar hij zich met de redactie der: „Politischen Annale” belastte. Zijn geschrift over de voordeelen van een handelstractaat tusschen Beijeren en Pruissen bezorgde hem in Beijeren den titel van legatieraad. In 1832 nam hij de redactie op zich van de: „Bayerische Staatszeitung”, doch keerde weldra naar Stuttgart terug,,waar hij den llden Mei 1845 overleed. Yan zijne geschriften vermelden wij nog: „Europa und der Orient (1839)”, — en „Skythien und die Skythen des Herodot (1841)”.

Friedrich, Wilhelm Lindner, een verdienstelijk opvoedkundige. Hij werd geboren te Weida den llden December 1779, studeerde te Leipzig in de letteren en godgeleerdheid, werd er in 1804 leeraar aan de algemeene burgerschool, vestigde zich in 1808 als privaatdocent aan de universiteit aldaar, en werd er in 1815 buitengewoon en in 1825 gewoon hoogleeraar in de paedagogiek. Een beroep naar Dorpat en uitnoodigingen uit Pruissen, om aldaar bij het onderwijs werkzaam te zijn, wees hij van de hand. Hij poogde het Christendom in zijne symbolische beteekenis tot hoofdbeginsel der opvoeding te verheffen en bij alle onderwijs de genetische methode toe te passen. Hij schreef: „De methodo genetica (1808)”, — „De finibus et praesidiis artis paedagogicae secundum principia doctrinae christianae (1825)”, — „Mac Benac, er lebet im Sohne oder das Positive des Freimaurerei (1817; 3de druk 1819)”, — „Die Lehre vom Abendmahl nach der Schrift”, — en een groot aantal schoolboeken. In 1859 heeft hij zijn hoogleraarsambt nedergelegd.

Wilhelm Bruno Lindner, een verdienstelijk godgeleerde en een zoon van den voorgaande. Hfl werd geboren te Leipzig in 1814, wijdde zich aldaar aan de studie der letteren en der godgeleerdheid, vestigde zich in 1839 als privaat-docent in zijne geboortestad en werd er in 1846 buitengewoon hoogleeraar. Wegens het ontvreemden van zeldzame uitgaven uit de boekerij der universiteit, ontving hij in 1859 zijn ontslag en werd tot eene 6-jarige gevangenisstraf veroordeeld, doch kwam in 1863 weder op vrije voeten. Van zijne geschriften vermelden wij: „Lehrbuch der christlichen Kirchengeschichte mit besonderer Berücksichtigung der Dogmengeschichte (dl 1, 1848;”, — en „Erzählungen für das christliche Volk (1852, 4 dln)”.

< >