Kalisch of Kalisz, voorheen de hoofdstad, thans eene arrondissementshoofdstad van het gouvernement van dien naam en 32½ geogr. mijl van Warschau, aan 3 armen van de Prosna en aan de Pruissische grenzen in een bekoorlijk dal gelegen, is eene der fraaiste steden van Russisch Polen, de zetel van een R. Katholieken bisschop en telt ongeveer 13000 inwoners, waaronder zich 2000 Israëlieten bevinden. Men heeft er een kasteel, 5 R. Katholieke kerken, eene Russische en eene Evangelische kerk, eer gymnasium, onderscheidene andere scholen, een schouwburg en vele lakenweverijen en looijerijen. — Deze stad is zeer oud; zij is volgens sommigen het Calisia van Ptolomaeus. De Poolsche koning Mieczyslaw III (♰ 1202) is er in de St. Paulskerk begraven.
In den slag bij Kalisch werd den 29sten October 1706 de Zweedsche generaal Mardefeld door Augustus II, koning van Polen, en den Russischen generaal Mentsjikof geslagen en gevangen genomen, en in een gevecht, aldaar op den 13den Februarij 1813 tusschen de Franschen onder Reynier en de Russen voorgevallen, moest de Saksische brigade Klengel zich overgeven. Ook werd er in laatstgenoemd jaar op den 28sten Februarij een verbond gesloten tusschen Pruissen en Rusland, waarna de monarchen dier beide Staten er op den 2den April daaraanvolgende eene bijeenkomst hielden. Den llden en 13den September 1831 hadden er gevechten plaats tusschen de Russen en de Polen, en er werd in 1835 een kamp opgeslagen van Russische en Pruissische troepen; tot gedachtenis hiervan is in 1841 op last van keizer Nicolaas I een gedenkteeken verrezen.
