Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

Hemming

betekenis & definitie

Hemming (Nicolaas), een verdienstelijk Deensch godgeleerde, werd geboren op het eiland Laland in 1513, behoorde tot de ijverigste leerlingen van Melanchton, zag zich op aanbeveling van dezen geplaatst als huisonderwijzer bij een Deensch edelman, en bekleedde daarna de betrekking van predikant en eindelijk die van hoogleeraar in de godgeleerdheid en de Hebreeuwsche taal te Kopenhagen. Nadat hij in 1579 het emeritaat had verkregen, overleed hij den 23sten Mei 1600. Tot zijne belangrijkste geschriften behooren: „Enchiridion theologicum (1659 en later)”, — „Syntagma institutionum Christianarum (1674 en later)”, — De gratia universali (1553 en later)”, —„De Jesu Christo, vero Deo et homine (1751)”, — „Catechismi quaestiones (1560 en later)”, — en „De pastoris optimo vivendi agendique modo (1552 en later)”.

< >