Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Goums

betekenis & definitie

Goums noemen de Franschen een escadron of peloton ongeregelde ruiterij in Algérië, zamengesteld uit inboorlingen. De naam, afkomstig van een Arabisch woord, dat bevel beteekent, duidt aan, dat de troep zich beweegt op het kommando van den hoofdman.

De geheele ongeregelde ruiterij in Algérië is verdeeld in goums. Deze staan onder het bevel van hunne stamhoofden of van chefs, door de Fransche regéring benoemd, ontvangen geene regelmatige soldij en doen, vooral in de Sahara, dienst als gendarmes. In den oorlog plaatst men hen op de vleugels; ook gebruikt men ze als voorhoede of wegwijzers.

Krijgstucht is hun onbekend, zoodat zij geenerlei waarde hebben voor een oorlog in Europa; doch de Franschen stellen hen in Algérië op prijs, omdat zij eene naauwkeurige kennis van het land bezitten. Men heeft echter ook geregelde goums van inboorlingen aldaar, eerst chasseurs algériens, later spahis genaamd. Deze hebben in den Duitsch-Franschen oorlog van 1870 en 1871 gestreden, zonder evenwel grooten roem te behalen.

< >