Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Gau

betekenis & definitie

Gau, in het Gothisch Gavi, in het oudHoogduitsch kouwi, in het midden-Hoogduitsch göuwe, en in het Friesch go, een woord van onzekeren oorsprong, beteekent in het algemeen gewest, land in tegenoverstelling van de stad, en meer in het bijzonder een bepaald gebied. Wij hebben daarvan de blijken in de oud-Friesche namen Oostergo en Westergo,— voorts in die van de Groninger landschappen Hunsingo en Fivelingo. De bestuurders van zulke gewesten droegen in den aanvang der middeleeuwen den naam van go-graven. Later werden zulke gewesten tot groote Staten zamengesmolten.

< >