Delisle (Guillaume), een van de grondleggers der nieuwere aardrijkskunde, werd geboren te Parijs den 28sten Februarij 1675, genoot het onderwijs van Cassini en koesterde reeds vroeg het denkbeeld, om de aardrijkskundige wetenschap te herscheppen. In 1700 gaf hij eene wereldkaart, kaarten van Europa, Azië en Afrika, benevens eene aard- en hemelglobe in het licht. Zonder blindelings de lengte-bepalingen van Ptolemaeus te volgen, zooals zijne voorgangers gedaan hadden, maakte hij gebruik van sterrekundige waarnemingen en van berigten van reizigers. Het aantal kaarten, door hem uitgegeven, bedraagt 134.
Hij was de leermeester van Lodewijk XV, ontving den titel van Koninklijk geograaf, en overleed den 25sten Januarij 1726. Vooral zijn „Atlas géographique”, in 1789 door Buache uitgegeven, wordt zeer geroemd. — Zijn broeder Josephe Nicolas Delisle, geboren den 4den April 1688, was een ijverig beoefenaar der sterrekunde en in 1715 reeds lid der Académie. Czaar Peter de Groote riep hem in 1725 naar Rusland, waar hij tot 1747 bleef en eene school voor sterrekunde stichtte. Daarna keerde hij naar Parijs terug, waar hij tot vrome dweeperij verviel en den 11den September 1768 in armoede overleed.
Zijn belangrijkst werk is „Mémoire sur les nouvelles découvertes au nord de la mer du sud (1752)”. — Ook 2 andere broeders — Simon Claude en Louis — hebben zich op het gebied der geschiedenis en op dat der ontdekkingsreizen verdienstelijk gemaakt, terwijl de vader van die 4 broeders, Claude Delisle genaamd, eene reeks van aardrijks-, geschied- en tijdrekenkundige werken geschreven heeft.