Delirium is een Latijnsch woord, hetwelk wij letterlijk kunnen vertalen door buitensporigheid, terwijl het doorgaans gebruikt wordt in de beteekenis van waanzin of ijlhoofdigheid, — een toestand, waarin koortslijders wel eens verkeeren. Deze kan bij hevige zenuwkoortsen geruimen tijd duren, en de zieken wanen dan allerlei zaken en personen te zien, welke niet aanwezig zijn.
Men heeft een stil delirium (d. mite seu blandum), waarbij de lijder stil ligt en slechts een zacht gemompel doet hooren, — en een woest delirium (d. ferox), dat hem luide doet spreken en onophoudelijk woelen. De oorzaak van delirium is gelegen in eene te groote of te geringe hoeveelheid bloed in de hersenen, alsmede in eene vergiftigden toestand van het derwaarts stroomend bloed.
Delirium tremens of dronkenmanswaanzin is een gevolg van het onmatig gebruik van sterken drank; deze vreeselijke ziekte openbaart zich in het beven der ledematen en in eene belemmerde werking der geestvermogens. De lijder ziet dag en nacht allerlei visioenen, meestal muizen en ratten, — hij meent dat hij vervolgd wordt, en hoort de stem van zijne belagers. Hij spreekt zonder ophouden en verkeert in een staat van opgewondenheid. De slaap is doorgaans het beste geneesmiddel, doch deze ongesteldheid vindt ook wel in eene beroerte een doodelijken afloop. Bij haren terugkeer wordt zij telkens gevaarlijker, en men kan dien alleen verhoeden door zich van sterken drank te onthouden.