Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 06-08-2018

Daucus L.

betekenis & definitie

Daucus L. is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Schermbloemigen; het onderscheidt zich door zamengestelde, veelstralige bloemschermen, door een 5-tandigen kelkzoom, door ovaal uitgerande bloembladen met een binnenwaarts gebogen lobbetje, en door vruchten, wier hoofdribben korte borstels en wier bijribben stekels dragen.

Het omvat meerendeels overblijvende kruiden met 2- of 3-voudig gevinde bladeren. Daartoe behoort D. Carota, L. of onze gewone peen, eene behaarde plant met 2- of 3-voudig gevinde bladeren en met een uit vinspletige blaadjes bestaand omwindsel. De zoete, vleezige wortel wordt veel als groente gegeten, en men perst daaruit ook den peenstroop, die veel suiker bevat. Eene verscheidenheid van deze plant is de wilde peen (D. C. sylvestris Mill.) met een langen, witten, vertakten, oneetbaren wortel en in geheel Europa, het noorden van Azië en Noord-Amerika groepende, — voorts D. C. sativa L. of de gele peen, eene door cultuur veredelde plant met spilvormige, eetbare wortels, van welke men wederom een aantal verscheidenheden kweekt, — en D. O. genuina rubra Mill., eene peensoort, die zich onderscheidt door haren rolronden, van onder afgestompten wortel, die uitmuntend geschikt is voor de keuken.

Men zaait de peenen of „wortelen” bij voorkeur in een ligten, lang te voren gemesten grond van het laatst van Februarij tot aan Junij in zeer losse aarde, waarna men deze met eene dunne, losse mestlaag bedekt, opdat de grond niet vast worde bij het begieten, hetgeen dikwijls gebeuren moet. Men kan de wortels tot Paschen bewaren door ze in stroo te leggen en met aarde te dekken. Zij hebben bij gelijk gewigt nog minder voedende bestanddeelen dan aardappels, maar vormen toch vooral een goed voedsel voor schapen en lammeren, terwijl zij ook voor het melkvee en tot het vetmaken van zwijnen zeer zpn aan te bevelen. Zij bevatten veel plantenslijm, eene specerijachtige aetherische olie, zetmeel en eene gekristalliseerde, harsachtige, purperkleurige, alleen in aetherische oliën oplosbare kleurstof, carotine genaamd. —Van de soorten vinden wij nog vermeld D. Gnidium L., eene tweejarige plant, die op Sicilië, Corsica enz. groeit, — en D. hispanicus Guan.

< >