Costello

betekenis & definitie

Costello (Louisa Stuart), eene Engelsche schrijfster, geboren in Ierland omstreeks het jaar 1815 , trok eerst veler opmerkzaamheid tot zich door hare „Specimens of the early poetry of France (1835)” en gaf vervolgens beschrijvingen van Fransche zeden en gewoonten in „A summer amongst the bocages and the vines, (1840, 2 dln)”, — „Pelgrimage to Auvergne (1842)”, — en „Bearn and the Pyrenees (1844)”. Voorts schreef zij: „Tour to and fom Venice (1840)”, — „Falls, lakes and mountains of North Wales (1850)”, — „The Queens poisoner (1841, 2 dln)”, — „Gabrielle (1843, 3 dln)”, — „Jacques Coeur (1847, 3 dln)”, — „Clara Fane (1848, 3 dln)”, — de gedichten „Rosé garden of Persia (1845)” en „Lay of the stork (1856)”, — Memoirs of eminent Englishwomen (1844, 4 dln)”, — „Memoirs of Mary, duchess of Burgundy (1853)”, — en „Anne of Britany (1855)”. — Haar broeder Dudley diende in de Britsche armee, wijdde zich vervolgens aan wetenschappelijken arbeid en was van 1829 tot 1831 medewerker aan „Le règne animal’ van Cuvier ie Parijs. Na zijn terugkeer in Engeland schreef hij een „Tour throug the valley of the Meuse (1845)”, benevens onderscheidene romans en verhalen, zooals „The joint-stock banker (1856)”, en „Holidays with Hobgoblins (1860)”, alsmede „Italy, from the AIps to the Tiber (1861, 2 dln)”.