Baffinsbaai of Baffinszee is een gedeelte der noordelijke Poolzee, dat zich uitstrekt tusschen Groenland ten oosten en de eilanden Nord-Devon, Cockburn en Cumberland ten westen, als een groot kanaal, dat met eene gemiddelde breedte van 65 en eene lengte van 280 geogr. mijlen zich van de Hudsonstraat in eene noordwestelijke rigting uitstrekt tot aan 78° N. B., waar deze baai vervangen wordt door Smiths-sond, wier noordelijk uiteinde nog onbekend is. Ten zuiden staat de Baffinsbaai door straat Davis in verband met den Atlantischen oceaan, ten westen door de Jones- en Lancastersond met de westelijke arctische eilandenzee, en door de Hudsons-, Frobisher- en Cumberland-straat met de Hudsons-baai.
Zij is in 1562 door Bears ontdekt, maar naar Baffin genoemd, die haar in 1616 onderzocht en haar eene baai noemde, omdat hij aan alle zijden land vond. Langen tijd zocht men te vergeefs naar de noordwestelijke doorvaart. Het gelukte eerst in 1819 aan kapitein Parry, door de Lancastersond de Barrow-straat en door deze de Noordpoolzee te bereiken. De Baffinsbaai is althans 10 maanden van het jaar verstijfd door ijsmassa's, die zich vooral langs de kusten opstapelen. Zij is een geliefkoosd jagtveld der walvischvaarders. — Tot de Baffinsbaai-landen rekent men het westelijk gedeelte van Groenland, het zuidwestelijk gedeelte van het Arctische hoogland, in 1818 door Ross ontdekt, benevens een aantal eilanden van den Baffin-Parry-Archipel.
