Vogelgids van Vogelbescherming Nederland

Vogelbescherming Nederland 2009)

Gepubliceerd op 11-09-2017

Middelste zaagbek

betekenis & definitie

De middelste zaagbek heeft een dunne en spitse bloedrode snavel, een kopergroene kop met wilde kuif met daarin een helderrood oog. Een witte halsring en roestrode borst met zwart manteltje met witte parels. Het vrouwtje is minder opvallend gekleurd; zij is egaal grijs met een bruine kop. Maar ze heeft een zelfde 'ongekamde veertooi' op het achterhoofd en dezelfde ranke snavel. Middelste zaagbekken zijn visspecialisten. De snavel is van een fijne tanding voorzien (de 'zaag' in de bek). Deze dient om goed grip te hebben op watervlugge gladde vissen. Middelste zaagbekken houden meer van zout dan van zoet water, anders dan de grote zaagbekken.

Leefgebied
Middelste zaagbekken broeden aan kusten en heldere binnenwateren in taiga, bergland en op de toendra. Maar ook in Nederland is hij sinds eind jaren '70 een vaste broedvogel. Ze hebben een voorkeur voor zout en brak water. Overwinteren doet deze zaagbek op zee, liefst op stukken met niet te veel golfslag.

< >