Pappig bn. (-er, -st), vol pap, niet stevig geappreteerd (van stoffen);
— zacht, week : de grond is erg pappig;
— er pappig uitzien, ongezond dik. PAPPIGHEID, v.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: