Gepubliceerd op 22-11-2018

Paander

betekenis & definitie

Paander - v. (-s), ronde of ovale mand, aan den arm of op het hoofd gedragen, inz. voor het vervoer van eetwaren enz. naar of van de markt; een blikken gereedschap, dat den vorm van een paander hoeft, met stevig hengsel, waarmede men inkoopen in de winkels doet;

— (Zuidn.) eene paander dragen, hebben, met eene paander komen, gezegd van iem., die wat aanbrengt om een plasdankje te verdienen;
— (Zuidn.) kraamgeschenk;
— paanderboog.

< >