Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Toegeven

betekenis & definitie

(gaf toe, heeft toegegeven),

1. (overg., Zuidn.) (van eigenschappen, handelingen en derg.) toeschrijven, (ze iemand) aanzeggen: men zou hem zo veel verstand niet toegeven;
2. zich inschikkelijk betonen ten opzichte van, tegemoetkomend, meegaand zijn voor: (overg.) men moet kinderen niet te veel toegeven; (onoverg.) aan dergelijke grillen geef ik niet toe; hoofdschuddend gaf hij toe;
3. (onoverg.) zich laten beheersen door, geen weerstand bieden aan: aan zwaarmoedigheid toegeven; aan de mode toegeven; het organisme geeft toe aan machten die het bedreigen;
4. (overg.) als waar erkennen: dat geef ik gaarne toe, maar toch... ; dat geef ik hem niet zo grif toe;
5. (overg.) onderdoen voor: als dichter geeft hij zijn vader niets toe, is hij daarin niet minder bedreven; de Duinkerkse Admiraliteit en de Hollandse Staten gaven in wreedheid elkaar niets toe;
6. (overg.) nog geven naast iets dat als hoofdzaak beschouwd wordt; inz. als geschenk voegen bij iets dat gekocht is: op een pond boter vier eieren toegeven; (zegsw.) een persoon of zaak om er een op toe te geven, van zeer geringe waarde: jouw hotel is een hotel om er een op toe te geven;
7. (gew.) er op toe leggen, er geld bij leggen: boeren en toegeven, dat is de kunst niet, maar overhouden!

< >