Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Rustijzer

betekenis & definitie

o. (-s), (zeew.)

1. elk der ijzers waaruit een ijzeren rust (15.) bestaat;
2. ijzeren stut onder een rust om deze te steunen; steunijzer ;
3. puttingijzer; ijzeren staaf aan de buitenhuid van een schip geklonken, met aangesmeed oog aan het boveneinde: in het oog van het rustijzer wordt het doodshoofd of de spanschroef van het onderwant of pardoen gesloten.

< >