Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie R
- Remkap
- Remkastje
- Remke
- Remketting
- Remkraan
- Remkruk
- Remmen
- Remmer
- Remmetje
- Remming
- Remmingpaal
- Remmingwerk
- Remolie
- Remonstrans
- Remonstrant
- Remonstrantie
- Remonstrants
- Remonstreren
- Remontantroos
- Remonte
- Remontecommissie
- Remontedepot
- Remontepaard
- Remonterijder
- Remontoir
- Remontoirtje
- Remotie
- Remotis arbitris
- Remous
- Removeren
- Rempedaal
- Remplaçant
- Remplaçantengeld
- Remplaçantenstelsel
- Remplaceren
- Remschoen
- Remspoor
- Remstoel
- Remsysteem
- Remtoestel
- Remtouw
- Remtrommel
- Remuneratie
- Remuneratiebiljet
- Remuneratoir
- Remunereren
- Remus
- Remvoering
- Remweerstand
- Remweg
- Remwerking
- Ren
- Renaissance
- Renaissancegebouw
- Renaissancekunst
- Renaissancemens
- Renaissancepaleis
- Renaissanceschilder
- Renaissancestijl
- Renaissancetijd
- Renbaan
- Renbode
- Renboot
- Rencontre
- Rend
- Rendabel
- Rendabiliteit
- Rendant
- Rendante
- Rendement
- Rendementskromme
- Renderen
- Rendez-vous
- Rendez-voushuis
- Rendez-vousstelling
- Rendier
- Rendierhorzel
- Rendierhuid
- Rendierkudde
- Rendierle(d)er
- Rendiermelk
- Rendiermos
- Rendiervel
- Rendiervlees
- Renegaat
- Renet
- Renetteboom
- Renewatie
- Reneweren
- Renforcé
- Renforceren
- Reng
- Renijzer
- Rennen
- Renner
- Renommée
- Renommist
- Renonce
- Renonceren
- Renonkel
