Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie B
- Belachelijk
- Belachelijkheid
- Belachen
- Beladderen
- Beladen
- Belading
- Belagen
- Belager
- Belaging
- Belakken
- Belanden
- Belang
- Belangeloos
- Belangeloosheid
- Belangen
- Belangende
- Belangengemeenschap
- Belangensfeer
- Belangetje
- Belanghebbend
- Belanghebbende
- Belangrijk
- Belangrijkheid
- Belangstellen
- Belangstellend
- Belangstellende
- Belangstelling
- Belangwekkend
- Belangzucht
- Belast
- Belastbaar
- Belasten
- Belasteren
- Belastering
- Belasting
- Belastingambtenaar
- Belastingbetaler
- Belastingbiljet
- Belastingconsulent
- Belastingdruk
- Belastingheffing
- Belastingjaar
- Belastingkantoor
- Belastingkohier
- Belastingontduiking
- Belastingontwerp
- Belastingophaaldienst
- Belastingoverdracht
- Belastingpachter
- Belastingpenningen
- Belastingplichtig
- Belastingpolitiek
- Belastingproef
- Belastingschroef
- Belastingschuldige
- Belastingsgrens
- Belastingstelsel
- Belastingverhoging
- Belastingverlaging
- Belastingverordening
- Belastingvlucht
- Belastingvrijdom
- Belastingvrijheid
- Belastingwet
- Belastingwetgeving
- Belastingzaak
- Belastingzegel
- Belatafeld
- Belatten
- Belatting
- Belazerd
- Belazeren
- Belboei
- Belbuis
- Belcanto
- Belder
- Belderom
- Beldeurtje
- Beledigen
- Beledigend
- Belediger
- Belediging
- Beledigster
- Beleefd
- Beleefdelijk
- Beleefdheidsbezoek
- Beleefdheidsformule
- Beleefdheidshalve
- Beleefdheidsvorm
- Beleefdheld
- Beleenbaar
- Beleenbank
- Beleenbriefje
- Beleg
- Belegen
- Belegeraar
- Belegeraarster
- Belegerden
- Belegeren
- Belegering
