(Fr.: tension de surface, tension superficielle; Du.: Grenzflächenspannung, Oberflächenspannung; Eng.: interfacial tension, surface tension), of oppervlak(te)spanning, symbool: σ of γ (SI: N m−1), de in elk grensvlak tussen twee media aanwezige kracht die tracht dit grensvlak zo klein mogelijk te maken.
De grensvlakspanning is de oorzaak van o.a. de sferische vorm van hemellichamen, geïsoleerde emulsiedruppeltjes en zeepbellen. De oorzaak van de grensvlakspanning is dat in een oppervlaktelaag de moleculen niet aan alle kanten door gelijksoortige buren zijn omringd, hetgeen leidt tot structurele herschikkingen die energetisch onvoordelig zijn. Elk grensvlak is dan ook de zetel van een zekere hoeveelheid vrije energie, en het streven naar een zo gering mogelijke vrije energie openbaart zich als een tendens tot verkleining van grensvlakken. De term oppervlaktespanning heeft meestal betrekking op grensvlakken tussen een vloeibare of vaste fase enerzijds en een gasvormige fase (bijv. de eigen damp) of vacuüm anderzijds.
Van groot belang is dat grensvlakspanningen aanzienlijk kunnen dalen door adsorptie in het grensvlak, vooral bij adsorptie van grensvlakactieve stoffen. Geringe concentraties zeep bijv. zijn in staat de oppervlaktespanning van water tot de helft te reduceren (tevens zie Elektrocapillariteit). Kwantitatief wordt het verband tussen de verlaging van de oppervlaktespanning en de adsorptie gegeven door de adsorptiewet van Gibbs.