Technische encyclopedie

Winkler Prins (1975)

Gepubliceerd op 27-11-2024

ARBEIDSHYGIËNE

betekenis & definitie

(Fr.: hygiëne du travail; Du.: Arbeitshygiene; Eng.: occupational hygiene), onderdeel van het gebied van de bedrijfsgezondheidszorg, dat erop gericht is schadelijke factoren in de werksituatie op te sporen en te elimineren, opdat de mens zijn arbeid kan verrichten zonder in zijn gezondheid geschaad te worden (tevens zie Veiligheid).

In de ontwikkeling van de arbeidshygiëne kan men drie fasen onderscheiden:

voor fase één is kenmerkend dat er situaties voorkomen die evident onaanvaardbaar zijn; in deze fase moet de aandacht gericht worden op het nemen van maatregelen waarmee het optreden van acute en subacute beroepsziekten kan worden voorkomen.

In fase twee gaat het om ziekten die pas ontstaan na jarenlange blootstelling aan een schadelijk agens. Voorbeelden hiervan zijn silicosis, asbestosis en bepaalde carcinomen. In het algemeen is het hierbij veel moeilijker een verband aan te tonen tussen de aard van het werk, resp. het agens, en de optredende ziekte. Zo werd bijv. vinylchloride, dat bij de kunststofproduktie wordt gebruikt, jarenlang als een betrekkelijk onschadelijke stof beschouwd totdat na enkele tientallen jaren bleek dat het carcinogeen was.

In fase drie wordt de aandacht gericht op subklinische verschijnselen, dus op betrekkelijk geringe afwijkingen van de norm. Het is de fase waarin men speurt naar effecten op lange termijn van blootstelling aan lage intensiteiten van potentieel schadelijke agentia. Hierbij zijn vooruitstrevende verfijnde onderzoektechnieken nodig, teneinde afwijkingen van de norm van een groot aantal parameters te kunnen vaststellen, alsmede de betekenis hiervan voor het optreden van degeneratieve ziekten als hart-vaatziekten, chronische bronchitis, zgn, low back pain en afwijkingen van het centrale en perifere zenuwstelsel. De ontwikkeling in Nederland en België bevindt zich thans in de overgang van fase twee naar drie.

De grens tussen het terrein van de arbeidshygiëne en dat van de ergonomie is niet scherp. Men zou het onderscheid kunnen toelichten aan het onderscheid tussen systeem-vreemde (factoren in het milieu die voor het functioneren van de mens niet essentieel zijn) en systeem-eigen factoren. De aanwezigheid van niet-essentiële factoren is steeds ongewenst; zij moeten worden geminimaliseerd. Onder systeem-eigen factoren worden factoren verstaan die voor het functioneren van de mens essentieel zijn, zoals de zuurstof in de lucht en lichamelijke activiteit. Dergelijke factoren dienen optimaal aanwezig te zijn. De arbeidshygiëne nu is vooral gericht op het minimaliseren van systeem-vreemde factoren, de ergonomie op het optimaliseren van systeem-eigen factoren; de overgang is echter vloeiend, in de praktijk sluiten beide gebieden op elkaar aan. In de arbeidshygiëne heeft men enerzijds te maken met factoren in het arbeidsmilieu, anderzijds met de reacties van de mens op deze factoren.

De factoren in de arbeidssituatie die de gezondheid ongunstig kunnen beïnvloeden worden wel onderscheiden naar factoren van materiële en van immateriële aard. Tot de materiële factoren behoren de chemische agentia en stof. Voorbeelden hiervan zijn: organische oplosmiddelen, landbouwbestrijdingsmiddelen, lasdampen. De chemische agentia kunnen bijvoorbeeld de oorzaak zijn van vergiftigingsverschijnselen, stoflongziekten, huidziekten en tumoren. Tot de materiële factoren behoren ook de talrijke fysische agentia die de gezondheid kunnen beïnvloeden: klimaatfactoren, ioniserende straling, geluid, mechanische factoren. Tenslotte mogen hier worden genoemd de biologische agentia zoals bacteriën, hormonen of bestanddelen in plantaardige produkten.

De immateriële factoren (sociologische en psychologische) in de werksituatie die de gezondheid ongunstig kunnen beïnvloeden zijn zeer talrijk. Voorbeelden hiervan zijn: een gemis aan vrijheid aan een lopende band, een onvoldoende beroep op de eigen verantwoordelijkheid van de werker en een onvoldoende aandacht voor de menselijke waardigheid; ongunstige menselijke verhoudingen kunnen een bron zijn van emotionele stress en frustratie.

Uit de gegeven voorbeelden blijkt wel dat het bevorderen van de arbeidshygiëne een taak is van een aantal deskundigen naast de bedrijfsgeneeskundige, zoals o.a. de ingenieur, de chemicus, de organisatiedeskundige, de psycholoog of de sociaalpsycholoog, de bedrijfssocioloog en de bedrijfsmaatschappelijk werkster. Teneinde de invloed van bepaalde milieufactoren op de gezondheid van de mens te evalueren, wordt gebruik gemaakt van metingen in het milieu en/of metingen aan de mens. Aldus wordt getracht de relatie mens-milieu zo veel mogelijk kwantitatief vast te leggen. Een goed voorbeeld hiervan is het verband tussen lawaai en beroepshardhorendheid of de concentratie van een organisch oplosmiddel in de werkruimte versus aard en aantal van subjectieve klachten. De laatste jaren zijn vooruitstrevende technieken ontwikkeld die zeer verfijnde onderzoekingen aan de mens en in het milieu hebben mogelijk gemaakt.

Indien eenmaal is vastgesteld of en in hoeverre bepaalde milieu-invloeden de gezondheid ongunstig kunnen beïnvloeden, zijn maatregelen nodig ter verbetering van de ongewenste situatie. Deze maatregelen kunnen zijn gericht op de verbetering van het arbeidsmilieu. Het kan ook noodzakelijk zijn persoonlijke beschuttingsmiddelen voor te schrijven. In het algemeen gesproken moet aan de verbetering van de arbeidssituatie de voorkeur worden gegeven boven het gebruik van persoonlijke beschuttingsmiddelen. Voorbeelden van de eerstgenoemde soort zijn het verminderen van de lawaai-intensiteit door technische voorzieningen (bijv. het vervangen van metalen door kunststof tandwielen), het vervangen van een toxische stof door een niet- of minder toxische stof (benzeen door tolueen), het wijzigen van de arbeidstijden (variabele werktijden), het verbeteren van een organisatie die psychische spanningen veroorzaakt (invoeren van werkoverleg, inspraak op werkniveau).

Voorbeelden van persoonlijke beschuttingsmiddelen zijn de verschillende soorten gehoorbeschermers, veiligheidsbrillen, -helmen en -handschoenen, zgn. barrier creams e.d. Uit oogpunt van psychohygiëne is het bijv. van veel belang dat de juiste man op de juiste plaats wordt tewerkgesteld, zodat deze is opgewassen tegen de moeilijkheden en spanningen die aan een bepaald soort werk min of meer inherent kunnen zijn.

In Nederland nemen de Arbeidsinspectie en de bedrijfsgeneeskundige diensten in bedrijven en instellingen op het gebied van de arbeidshygiëne een centrale plaats in. De Arbeidsinspectie houdt toezicht op de naleving van een aantal wetten op het gebied van de arbeidsbescherming zoals de Veiligheidswet, en adviseert aan het bedrijfsleven in zaken betreffende hygiëne en veiligheid. De bedrijfsgeneeskundige diensten hebben een groot aantal taken die in de zgn. Wet op de bedrijfsgeneeskunde zijn omschreven, waarvan het bevorderen van de arbeidshygiëne er een is. Het is te verwachten dat zowel bij de Arbeidsinspectie als binnen de bedrijfsgeneeskundige diensten de aandacht voor de immateriële invloeden in het arbeidsmilieu op de gezondheid van de werkende mens in de toekomst steeds meer aandacht zullen gaan krijgen. In België worden de arbeidsvoorwaarden in ongezonde of gevaarlijke bedrijven wettelijk gereglementeerd (ARAB, Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming): de wet erkent eveneens een aantal beroepsziekten.

In de ondernemingen bestaan er Comités voor Veiligheid en Hygiëne die op dit gebied toezicht moeten uitoefenen en voorstellen kunnen doen. Thans wordt ook de inrichting van bedrijfsgeneeskundige diensten wettelijk voorgeschreven.

< >