verwilderd - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: ver-wil-derd
1. als in de vrije natuur
♢ de tuin van oma is inmiddels helemaal verwilderd
2. in het wild opgegroeid
♢ de verwilderde kat blies agressief naar ons
3. onverzorgd en slordig
♢ met verwilderde haren stapte Lin uit bed
Bijvoeglijk naamwoord: ver-wil-derd
de/het verwilderde ...
iets verwilderds
Synoniemen
wild
Tegenstellingen
verzorgd
Gepubliceerd op 14-11-2017
verwilderd
betekenis & definitie