(geb. 1920) Amerikaans schrijver van Russische afkomst, is biochemicus (hoogleraar aan de universiteit van Boston). Hij publiceert SF-romans, in welk genre hij als een der grootsten wordt beschouwd.
Zijn debuutverhaal was Marooned off Vesta 1939, het eerste van een lange reeks, waarvan Nightfall 1941 (in: Een mooie dag voor een wandeling) het beroemdste is. Zijn eerste SF-roman was Pebble in the sky 1950 (Tussen twee voetstappen), gevolgd door o.m. de Foundationtrilogie 1951-'53, The stars like dust 1951 (Een oceaan van sterren), The currents of space 1952 (Spionage in de ruimte) en The Gods themselves 1972. Detective-elementen bevatten The caves of steel 1954 (De stalen holen) en The paked sun 1957 (De blote zon); tijdreizen is het onderwerp van The end of eternity 1955 (Het einde van de eeuwigheid). Met John W. Campbell stelde A. de drie wetten der robotica op, terug te vinden in de bundels I, robot 1950 (Ik, robot) en The rest of the robots 1964 (De komst van de robots). Andere collecties zijn The Martian way 1955 (Het fopaas), Earth is room enough 1957, Nine tomorrows 1959, Asimov's mysteries 1968 (De sprekende steen), Have you seen these? 1974, The bicentenrtial man 1976 (Vreemdeling in het paradijs), The far ends of time and earth 1979 en Robots of dawn 1983. Onder het pseud. Paul French heeft A. de Lucky Starr-serie geschreven. Daarnaast schrijft hij populair-wetenschappelijke werken.
