(1805-1875) Deens schrijver. Is vooral bekend vanwege zijn 156 sprookjes en vertellingen, die zowel geschikt zijn voor kinderen als voor volwassenen.
Een klein aantal is gebaseerd op oudere volkssprookjes. Enkele geven A.'s wereldbeschouwing weer: uit Den standhaftigen Tinsoldat (De standvastige tinnen soldaat), Kaerestefo/kens (De tol en de bal) en Hyrdinden og skorstensfejeren (Het herderinnetje en de schoorsteenveger) blijkt zijn pessimisme; Den lille pige med svovlstikkerne (Het meisje met de zwavelstokjes) is een aanklacht tegen sociaal onrecht. De sprookjes zijn talloze malen in het Nederlands bewerkt. A. schreef ook romans, w.o. Improvisatoren 1835 (De improvisator), Kun en spillemand 1837 ('t Was maar een speelman) en Lykke Per 1870 (Een gelukskind). Zijn autobiografie is getiteld Mit livs eventyr 1855 (Het sprookje van mijn leven).
