(stўlus), i, m.
1. paal, stili caeci, spitse palen met ijzeren haken, een soort van voetangels, Auct. bell. Afr.
2. de (gewl. ijzeren) griffel, om in de wassen tafeltjes te schrijven (van boven breed om het geschrevene, zo nodig, weer glad te strijken), stilum vertere, het geschrevene uitwissen, Cic., Hor. | meton., het schrijven, ontwerpen, vervaardiging, samenstelling, vand. stilus exercitatus, een geoefende pen, Cic.; schrijftrant, stijl, reliqua stilo maiore dicenda sunt, Eutr.