scripsi, scriptum (3);
I. (met een spits voorwerp) inkrassen, tekenen, lineam, Cic.; praegn., tekenen, ontwerpen, scribetur tibi forma et situs agri, Hor.
II. a. in ’t alg., schrijven, litteram, Cic.
b. in ’t bijz., (aan iemd) schriftelijk melden
ad alqm en alci, Cic., ad alqm de alqo (iemd aan iemd aanbevelen), Cic., m. acc. c. inf., Cic., (evenzo in het pass. m. acc. c. inf., scribitur nobis multitudinem convenisse, Cic., of m. nom. c. inf., haec avis scribitur solere etc., Cic.), m. afh. vraag, nec scribis, quam ad diem te exspectemus, Cic. | schriftelijk opdragen, verzoeken, bevelen, si quid ad me scripseris, Cic., m. ut en coni., Cic., of m. enkele coni., Caes. | schriftelijk opstellen, - vervaardigen, nihil erat scriptum, (als voorhanden) opgetekend, geĭnventariseerd, Cic., litteras (een brief), ook ad alqm, Cic., libros, Cic., historiam, Cic., senatus consultum, Cic., alci dicam, iemd schriftelijk aanklagen, Cic., adesse scribendo of esse ad scribendum, tegenwoordig zijn, wanneer het senaatsbesluit op schrift gebracht wordt, Cic.; absol., schrijven, inz. = dichten, Cic., en (van rechtsgeleerden): = (testamenten, kontrakten, klaagformules enz.) opmaken, Cic. | m. dubb. acc., cum . . . se A. Cornelium Cossum consulem scripserit, zich als consul A. Cornelius Cossus (op het wijgeschenk) gezet heeft, Liv.; (schriftelijk) benoemen, -aanstellen als enz., alqm heredem, Cic., alqm tutorem, Cic. | scr. alqd ab alqo, iemd (een bankier) order ter uitbetaling geven, scribe decem a Nerio, geef hem een chèque van 10000 sestertiën op de bankier Nerius, Hor. | beschrijven, bezingen, schilderen, (over iemd) schrijven, Marium, Cic., scriberis Vario fortis, Hor. | (kolonisten, soldaten enz.) lichten, milites, Liv., supplementum legionibus, Cic., colonos scribere (= zenden) in etc., Liv.; overdr., scribe tui gregis hunc, reken hem onder uw vrienden, Hor.