Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Cŭrūlis

betekenis & definitie

e, tot de wagen behorend, equi, het voor de circensische spelen uit de staatskas bekostigde vierspan, Liv. | in ’t bijz., sella, de met ivoor ingelegde ambtszetel van de consul, de praetor en de daarnaar genoemde curulische aedilen, in dezelfde zin poët., ebur, Hor., sedes, met een curulische overeenkomende erezetel, Tac.; subst. curulis, is, f. = sella curulis, Tac., en daarvan weer aedilis curulis (z. aedilis), Cic., en aedilitas curulis, de waardigheid, het ambt van aed. cur., Cic.

< >