Wat is de betekenis van Cŭrūlis?

2025-07-26
De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Curulis

(Lat.), ivoren zetel, waarvan het gebruik was voorbehouden aan bepaalde Romeinse hoogwaardigheidsbekleders; ook overdrachtelijk gebruikt als aanduiding van magistratuur.

2025-07-26
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Cŭrūlis

e, tot de wagen behorend, equi, het voor de circensische spelen uit de staatskas bekostigde vierspan, Liv. | in ’t bijz., sella, de met ivoor ingelegde ambtszetel van de consul, de praetor en de daarnaar genoemde curulische aedilen, in dezelfde zin poët., ebur, Hor., sedes, met een curulische overeenkomende er...

2025-07-26
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Curulis

Curulis - 1° aedilis, → Aediles. 2° Magistratus, Romeinsche magistraat, die recht had op een Sella curulis. → Curulis (3°). De laagste magistratus curulis was: de aedilis curulis. Verder: praetor, censor, consul, dictator, magister equitum, praefectus urbis en nog eenige extraordinaire magistraten. Davids. 3° Sell...

2025-07-26
Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Curūlis

Curūlis - (magistratus en sella). Curulische overheden te Rome waren zij, die het recht hadden in het openbaar een sella curulis als zetel te bezigen, n.l. een tabouret met ivoren onderstel en over elkaar gekruiste pooten, zooals onder het koningschap de koning bezigde. Zulk een curulischen zetel hadden de consuls, de praetoren, de censoren, omdat...

2025-07-26
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)