Gepubliceerd op 11-11-2021

handgreep

betekenis & definitie

m. (in bet. 1, 2, 3), v. (4), handgrepen (1 greep met de hand; 2 min of meer kunstvaardige [d. i. naar de regelen der kunst] greep met de hand; exercitiën met draagbare wapenen; 3 kunstgreep; truc; vaardigheid, slag; 4 handvat, kruk, knop enz.):

1. een duimbreed af stands, één handgreep!
2. de handgrepen van het geweer, de degen;
3. trucs en handgrepen van advocaten; ’t is maar een handgreep;
4. de handgreep van de klewangs; in de coupé’s bevindt zich een handgreep met lijn.

< >