Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie V
- veiligheidshalve
- veiligheidsklep
- veiligheidslamp
- veiligheidsmaatregel
- veiligheidsspeld
- veiligheidswet
- veiling
- veine
- veinzaard
- veinzen
- veinzer
- veinzerij
- veite
- vel, o. vellen, velletje (1 huid van een menselijk of dierlijk lichaam; 2 blad papier; 3 vlies; 4 minacht. vrouwspersoon; 5 lap, vod)
- veld
- veld(e)ling
- veldafsluiting
- veldarbeid
- veldartillerie
- veldbaan v. veldbanen (Z.-N. weg door het veld)
- veldbatterij
- veldbed
- veldbloem
- veldbouquet
- velddienst
- veldduif
- veldfles
- veldfluit
- veldgewas
- veldhaas
- veldhaver
- veldheer m. veldheren (opperbevelhebber v. e. leger)
- veldheersstaf
- veldhoen
- veldhospitaal
- veldkees
- veldkeuken
- veldkijker
- veldlatuw
- veldlazaret
- veldleeuwerik
- veldloop
- veldmisdrijf
- veldmuis
- veldmuts
- veldoorlog
- veldoven
- veldoverste
- veldpost
- veldpostdienst
- veldprediker
- veldranonkel v. veldranonkels (boterbloem)
- veldrat
- veldsalade
- veldschalmei
- veldslag
- veldslede v. veldsleden (slede bij de veldarbeid): een boer, die egge of ploeg op de veldslede huiswaarts sleepte
- veldspaat
- veldstoel
- veldteken
- veldtent
- veldtenue
- veldtocht
- veldtros
- velduil
- veldviooltje
- veldvrucht
- veldwacht
- veldwachter
- Veldzicht
- Veleda
- velen
- velerhande
- velerlei
- velg
- velgrem
- velijn
- vellen
- vellenploter
- vellig
- velling
- velo
- vélocipède
- velodrome, velodroom
- velours
- velte
- velum
- Veluwe
- velvet
- velveteen
- ven
- vena
- vendel
- vendelen
- vendelzwaaien
- Vendémiaire
- vendetta
- vendita
- venduhouder
- venduhuis
