Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

lusten

betekenis & definitie

(‘lustәn)

(lustte, heeft gelust)

1. onpers. Verh. begeren, geneigd zijn, trek hebben ; het lust mij of mij lust dit of dat te doen.
2. aantrekken, lokken : hij doet al wat hem lust; lust u een kopje tee?
3. lust. trek, zin hebben : eten, zoveel zij maar -; Plat. iemand -, lust hebben om met hem te vechten, niet bang voor hem zijn; Gemz. lust je nog boontjes of peultjes? en heb je nog wat te zeggen ?
4. genoegen, plezier hebben in, houden van : lust je dat lekkers niet? net of jij geen fondants lust! ze zal zijn guldens toch wel ; Iron ervan -, ervan langs krijgen ; 'm -, sterkedrank lusten.

< >